Een wiegje van karton. Ik ontving het als voorbeeld van de Stichting Babyspullen. Hier brengen meer dan vijfduizend baby’s per jaar hun eerste tijd in ons land in door. Voor hun ouders is het een geschenk. Er zit een nieuw matrasje in. Verder is het gevuld met kleertjes, speelgoed, knuffeltjes en andere dingen die je zo nodig hebt als je een baby krijgt. En toch, een wiegje van karton. Laat het eens op je inwerken.
O, het is zeker verantwoord en goed getest. Nee, de mensen die dit maakten hebben zelfs de steun van een het prijzige merk Joolz gekregen om dit te ontwikkelen. Dat had nog wel wat voeten in de aarde, want de babybranche was er eigenlijk helemaal niet zo voor: een gratis wiegje. Maar ze zullen zich later gerealiseerd hebben dat deze arme ouders toch geen klanten zouden zijn. Dan maar beter iets goeds. En dat is het. En toch. Laat het eens op je inwerken.
Dan kun je er van alles bij denken, maar vooral ook voelen. Mensen schrokken die ik het liet zien. En spontaan zei iemand: ‘Waarom krijgen die mensen dan kinderen?’ Ik schrok in eerste instantie van die reactie tot ik begreep dat het vanuit zorg was voor die mensen en vooral voor die baby’s. Is het niet onverantwoord? Tja, ik zie genoeg mensen waarvan je je af kunt vragen of het ‘verantwoord’ is om kinderen te krijgen, maar dat heeft weinig met armoede en rijkdom te maken. Bovendien krijg je ze. ‘Ja, dat is dan ook weer waar’, reageert een ander.
Voor veel ouders is armoede pech, vertellen de mensen van Stichting Babyspullen me. Pech, omdat mensen hun baan verliezen, ziek worden, of om wat voor reden dan ook in een armoedeval terecht komen. Of mensen zijn van generatie op generatie arm. En dan blijkt het helemaal niet zo makkelijk om daaruit te komen. Alsof het in je DNA zit, wat natuurlijk niet zo is, maar armoede is dan een hardnekkig gegeven. Dat ontslaat je niet van je eigen verantwoordelijkheid, maar kun je hiervoor verantwoordelijkheid dragen? Je wordt er groot mee. Het heeft iets wetmatigs. Nee, dat kan ik me ook niet voorstellen, maar heb ik niet makkelijk praten?
Een laatste groep die in ons land een gevuld wiegje krijgt van Stichting Babyspullen zijn vluchtelingen. Wat denk jij daarvan? Ik merk dat we dat steeds moeilijker vinden. Maar hoe zou het voor hen zijn om op de vlucht te moeten slaan en geen toekomst te hebben in hun eigen land? Is het dan niet mooi dat ze kinderen krijgen die hen toekomst geven, hoe en waar die toekomst dan ook is? Begin je pas aan kinderen als je alles op orde hebt en je toekomst is gegarandeerd? Voor veel mensen werkt dat zo. Eerst samenwonen, een nieuwe baan, veel reizen, misschien een nieuwe relatie, een nieuw huis en een tweede baan. En dan kinderen. Ongetwijfeld heel verstandig. Maar ontstaan kinderen ook niet daar waar mensen gewoon verlangen naar een toekomst?
Het zal aanstaande moeders ook overkomen. En ook daar kun je van alles bij denken en van vinden. Maar wie zijn wij? En laten we eerlijk zijn, we kunnen nieuw leven nooit verwijten dat het er is. We kunnen nooit baby’s verwijten dat ze er zijn. Aanstaande ouders kiezen niet voor armoede en soms ook niet voor het krijgen van een baby, maar een baby heeft er al helemaal niet voor gekozen. Verdienen zij, en dús hun ouders, niet onze steun?
Het zijn zomaar wat gedachten, maar met die kartonnen wieg in mijn hand ga ik zondag naar het Kliederkerst-kraamfeest. Het is de afsluiting van een inzamelingsactie voor Stichting Babyspullen op scholen en in kerken. Het kartonnen wiegje zal de kribbe in het kerstspel zijn. Want Jezus werd ook geboren in armoede, en moest kort daarna op de vlucht voor de tirannieke koning Herodes. Al die baby’s in armoede hebben dus een lotgenoot in het Kerstkind. Dan mogen wij best hun bondgenoten zijn. Je spullen zijn welkom in onze inzamelcontainers, gewoon bij me thuis. Mail me en geef deze baby’tjes ook een warme kerst.
